Ton, een goede vriend van mij, wees mij op: New Economic Schools of Thought — a concise overview, deel 1 en deel 2. Een overzicht van 14 perspectieven op onze nieuwe economie. Hier de perspectieven:
Circular economy
Regenerative economy
Wellbeing economy
Doughnut economy
Post growth economy
Degrowth economy
Socio-ecological market economy
Impact economy
Purpose Economy
Ecological economy
Steady state economy
Green economy
Ubuntu ‘economy’ (Global South)
Buen vivir economy (Global South)
Ik kom de blauwe economy van Gunter Pauli niet tegen in deze lijst, en dat verbaast me een beetje want zijn perspectief voegt wezenlijk iets toe (in één zin: groen wil je niet maar moet, blauw is ook groen maar die wil je wel). Gelukkig staat degrowth er wel in en zelfs het International Degrowth Network waar ik lid van ben (als je goed kijkt zie je me op de foto staan, heel goed kijken hoor, ik had mezelf een beetje verstopt). En oh ja: de deeleconomie, wie heeft het daar nog over?
Hoe kan ik deze perspectieven begrijpen? Eerst mijn eigen analyse, affirmatief geformuleerd: als iedereen bij alles wat z/hij doet rekening houdt met alles en iedereen dan zouden er geen crises zijn. Vervolgens: ik geloof dat ons bewustzijn evolueert en dat dit de evolutie van onze economie veroorzaakt. Tenslotte geloof ik dat ons bewustzijn evolueert naar zorg voor ons, de planeet en de toekomst. Kort gezegd: het komt allemaal goed.
Ik geloof dat we nu op zoek zijn naar dat nieuwe gedrag en dat we dat nieuwe gedrag momenteel aan het vinden zijn. Dus als ik naar die 14 perspectieven kijk stel ik mijzelf bij ieder van die perspectieven de vraag: in hoeverre beschrijft dit perspectief rekening houden met alles en iedereen? Hoe gaat dat eruit zien? En hoe krijgen we dat voor elkaar?
De schrijfster heeft volgens mij echter andere vragen gesteld. Haar perspectief lijkt prescriptief te zijn. Zij laat de scholen de vragen beantwoorden wat moeten we doen en hoe doen we dat dan? Dat is niet zo gek want bij mijn weten denken die scholen er precies zo over. Laat ik hier duidelijk maken waarom ik denk dat het allemal goed gaat komen. Ik geloof dat we allen samen een zijn, dat is de ontdekking die we aan het doen zijn. En vanuit die ontdekking zullen we niet anders willen dan zorgen voor ons, de planeet en de toekomst. Ik denk daarom dat een descriptief perspectief zinniger is. We hoeven helemaal niets voor te schrijven, het gaat vanzelf gebeuren. En we kunnen dat vanzelf gebeuren een handje helpen door handelingsperspectief te bieden. Dat is voor mij waar die scholen over gaan.
Want een gemene deler in al deze alternatieven is dat mensen rekening houden met alles en iedereen. De een let wat meer op het een en de ander wat meer op het ander, maar samen gaat het lukken, rekening houden met alles en iedereen. Met vreugde zie ik mijn stelling dus onderbouwd. Ik ben daarom vooral benieuwd naar hoe die alternatieven zich zullen manifesteren.
De schrijfster is daar niet helemaal duidelijk over, vaak lees ik passieve formuleringen. Bijvoorbeeld de 3e message van de 2e new economic school of thought, de regenerative economy: If the human economy is to be sustainable over the long run, it must harness the regenerative process by aligning with the same “first principles” of living systems. Maar wie dat alignen nou doet, daar zegt ze niets over. Soms is ze daar duidelijker over, zoals in de 4e message van de 8e school, de impact economy: businesses to pursue net positive impacts and be rewarded for it through trade, investment, taxation and labour.
Wat ik vooral mis in de beschrijvingen is een ontwikkelingsperspectief. Heeft de schrijfster dat niet gezien, of hebben die perspectieven dat zelf over het hoofd gezien? Ik vrees dat laatste, maar om daar uitspraken over te doen zou ik al die alternatieven diepgaander moeten bestuderen. In het kader van deze column kies ik daar nu niet voor. Maar we zullen er hoe dan ook komen, gewoon omdat wij mensen altijd beter willen. En veel van de alternatieven zien in dat meer niet altijd beter is.
En wat ik ook nog geloof: in die nieuwe samenleving gaan we telepatisch met elkaar communiceren. Ik denk dat dat cruciaal is, maar daar hoor ik nog weinig mensen over. Dat komt dan een andere keer.
eerste publicatie: nieuwe mensaberichten 121, jun 2024